Vakkennis. Tips voor (aankomende) collega's kinesiologie nr 1

In deze rubriek, bedoeld voor collega's en studenten kinesiologie, publiceer ik over mijn werk en nieuwe testprocedures. Voorheen publiceerde ik hierover in het vaktijdschrift "Kinesiologie". Vanaf heden op mijn eigen website.

 Als je vragen hebt, kun je me een email sturen.

A. TESTPROCEDURE KINESIOLOGIE; op alle niveaus te gebruiken

1. Maak een clear circuit; overtuig je ervan dat het hele systeem van de patiënt mee doet in je test. Als je niet weet hoe je een clear circuit moet maken, stel dan vragen om na te gaan of het hele geheugen van de patiënt meedoet. 

2. Controleer/test de Centrale meridiaan en de gouverneur meridiaan. Corrigeer zonodig.

3. Test de dehydratie/waterhuishouding en corrigeer zonodig

4. Test de thymus en corrigeer zonodig.

5. Test en corrigeer zonodig de vijf elementen.

6. Test en corrigeer zonodig de alarmpunten.

7. Stel vast wat het probleem is waar aan gewerkt moet worden. Hou het probleem klein. Meestal bestaat een probleem uit deelproblemen. Vraag dan aan de patiënt welk deelprobleem hij behandeld wil zien. Vragen; niet uittesten. Zet vanaf nu alles in de pauselock.

8. Test en zoek uit wanneer dit probleem in het systeem van de patiënt is ontstaan. Ga niet verder dan twintig generaties terug. Met vorige levens houden we ons niet bezig.

9. Zoek uit welk negatief gevoel er onder het probleem aanwezig is. Gebruik de gevoelsbarometer of pijngedragingen of ander materiaal dat je tot je beschikking hebt om een onderliggend negatief gevoel te vinden dat onder een probleem aanwezig is. 

10. Test en zoek uit wat de meest belangrijke onbalans onder het probleem is op het moment dat het probleem is ontstaan. Stel die onbalans vast met de mogelijkheden die je kent. Als je handmodes kent, gebruik die dan om de onbalans te vinden. 

11. Test en zoek uit wat de beste correctie is voor de onder 10 gevonden onbalans (zoals die er uit zag op het moment van ontstaan). Als je de handmodes kent, gebruik die dan om de beste correctie te vinden.

12. Ga terug naar het heden en zoek wat in het heden de beste correctie is voor het probleem (kan afwijken van hetgeen je onder punt 10 hebt gevonden).

13. Ga na en test of er aanvullende correcties of besluiten nodig zijn. Zo ja, geef ze dan vorm tot je 100% correctie hebt gekregen.